Gewend als hij is Dostojewski gedurende een jaar in zijn colleges
in Leuven te behandelen zal Lathouwers vanavond een uur lang spreken
over deze negentiende eeuwse schrijver in het licht van diens
verwantschap met het Japanse Zen-boeddhisme. Reeds toen hij in Nijmegen
studeerde kwam Lathouwers in contact met de oosters georienteerde
kritiek op het westerse gedachtengoed door professor Fortmann. Stelling:
de mens is een zinloos feit, totdat hij plotseling in een ander licht
komt te staan. Plotseling ja, 'sorry, maar zo is het'. Niet door zijn
kuddeinstinct komt de mens in dat andere licht te staan...
De op 59-jarige leeftijd gestorven Dostojewski schreef als
laatste boek De Gebroeders Karamazow, welk werk wellicht nog twee keer
zo lang zou zijn geworden als Dostojewski langer had geleefd. In de
verschillende broers (behalve de abjecte Smerdjakow) beschreef hij
aspecten van zichzelf. Vooral in de jongste broer, Aljosja, die via
ontgoocheling op ontgoocheling tenslotte tot een bevrijdend inzicht
komt. Niet dankzij zijn leermeester Zosima overigens, die nogal een
cliché-figuur is. Wat Aljosja zal bevrijden is de impasse, de paradox...
De filosoof Chestow beschreef de 'crisis der zekerheden', het conflict
van elkaar wederkerig uitsluitende evidenties, en evenals Kierkegaard en
Nietzsche heeft Dostojewski deze crisis langdurig bestudeerd. De
leermethode van de Zen-meesters stoelt op de koan, een paradoxale
stelling die alle logica ondermijnt. 'Gaan staan waar je niet kunt
staan'... als niets je meer kan redden, je volkomen over de schreef
gaat, dan... tóch schrijven, uit inspiratie, kracht van... God?...
vergelijk de filosoof Cioran.
Dostojewski was ingenieur, westers georienteerd. In een politieke
beweging verwikkeld werd hij ter dood veroordeeld, welk vonnis op het
allerlaatste moment veranderd werd in een verbanning naar Siberië.
Wachtend op de kogel ging in een flits (plotseling) door hem heen: 'ik
heb nooit geleefd - en nu is het te laat'. In het strafkamp kreeg hij
epileptische aanvallen, waarbij hij zich (paradoxaal) extreem helder
voelde. Hij vindt hier pas, in tegenstelling tot de intellectuele
kringen van voorheen, tussen de moordenaars en verkrachters, echte
mensen. Hij raakt gokverslaafd. Terug in de maatschappij begint hij dan
zijn grote romans te schrijven. Zijn grote thema zou je, zoals in de
Zen-filosofie, kunnen noemen: de muur zonder poorten... Professor
Buitendijk heeft hier verhelderende dingen over geschreven in een
monografie. De hemel zwijgt, alleen in jezelf tref je deze wijsheid aan,
dat het onmogelijke mogelijk is, in een leegte die ook in gedeelten van
het christelijke en boeddhistische erfgoed beschreven wordt; dat in
vrijheid ALLES mogelijk is.
Zijn andere grote roman die wij kennen als Schuld en Boete, wat
nogal een romantische vertaling is van wat eigenlijk Misdaad en Straf
heet, draait helemaal om de bekering van de student Raskolnikow dankzij
de levenslessen van Sonja, die hem wijst op de opwekking van Lazarus...
vergelijk ook het korte verhaal De Droom van een Belachelijk Mens. Het
gaat erom éérst te leven, en de nodige onzekerheid te ervaren, en dan
pas de zin ervan zien. Wie deze volgorde omdraait loop het gevaar te
moeten zeggen, wanneer hij sterft, 'ik heb nooit geleefd', zoals
Dostojewski zelf op het moment vlak voor de verwachte executie.
Dit idee wordt door Zen-meesters wel aangeduid als 'dood de
Boeddha in jezelf'. En wat is schoonheid? Schoonheid schuilt in
tegenspraken. Dürenmat drukt het ergens zo uit: 'God liet ons vallen, en
zo suizen wij op hem af'.
Overigens is in Dostojewski's leven door de periode in Siberië
geen einde gekomen aan diens idealisme en engagement, zoals nergens
duidelijker wordt dan in het filosofische verhaal 'de dialektiek van het
kindertraantje'. Bekend is dat hij een grote knipselverzameling bij
elkaar had gespaard met krantenberichten over kindermishandeling en
-moord. Kan de moeder de beul van haar kind vergeven? Kan God het? Het
kind zelf?... Er is geen vergeving mogelijk, er is geen hel... Levinas
werd in Auswitsch bij een herdenking geciteerd: vergeef de beulen
niet...
Terug naar De Gebroeders Karamazow: centraal staat een verhaal in
dit verhaal: De Legende van de Groot-Inquisiteur.
Wil Christus (die in de vijftiende eeuw in Spanje terugkeert)
niet het onmogelijke? Geloof zonder mirakelen? De groot-inquisiteur
vindt van wel. Voor de massa althans, met hun 'angst voor de vrijheid'
(Erich Fromm). Eenzaam, individualistisch, van hart tot hart bereikt
Christus slechts een kleine minderheid. Christus blijft onder alle
verwijten zwijgen, een kwelling voor zijn opponent. Mag ik naar de
hemel, maar moeten anderen buiten blijven? Dan geef ik liever mijn
toegangskaartje terug! Zo zegt Dmitri het ergens tegen Aljosja. Reeds
Mozes kwam in opstand tegen het idee van de hel (voor de niet verloste
massa), 'schaamt u zich niet, Jaweh!'... een veel vergeten passage.
Toch blijft Christus hierbij: geloof alleen wat je hart je
ingeeft, dat het onmogelijke mogelijk is. De hemel openbaart ons
niets... of, zoals een Zenmeester Lathouwers in Japan eens voorhield:
'even the Buddha cannot tell you what's inside you'.
Het einde van de legende wil dat Christus de Groot-Inquisiteur
een kus geeft en dan door hem vrijgelaten wordt. Verder verandert er
overigens niets in de houding van deze laatste...
Slechts op een plaats poogt Dostojewski weer te geven wat voor
gevoel de Verlichting een mens kan geven, en eigenlijk is dat misschien
al teveel, omdat woorden hier tekort moeten schieten. Het verhaal gaat
dat Pascal zijn getuigenis van mystieke vreugde in zijn jas had genaaid,
om het niet zelf te publiceren...
Men moet niet proberen (met woorden) de hoogste wijsheid vast te
houden.
Na de pauze volgde een discussieronde met de zaal. De keten van
oorzaak en gevolg dient doorbroken te worden. Dit gebeurt overigens niet
in Schuld en Boete.
Wat betreft het naar voren gebrachte feit dat Dostojewski na de
strafperiode door zijn gokverslaving en speelschulden als broodschrijver
te betitelen was, antwoordde de prof dat dit geen verschil maakte voor
de geestelijke waarde van diens romans. Het eigenaardige gegeven dat in
al deze romans koortsachtige dromen een belangrijke rol spelen werd door
iemand gememoreerd, maar daar ging de prof verder niet op in. Over een
door mij geopperde parallel tussen 'de poortloze muur' en Kafka's in Het
Proces opgenomen parabel over de poortwachter deed Lathouwers geen
uitspraak, hij kende Kafka's werk niet goed genoeg. Wel verwees hij naar
een parallel met de lessen van Don Juan (Castaneda): 'als je gelooft kun
je vliegen', waarop ik zei van 'ja kunst, wanneer je vol mescaline zit'
en dat wees de prof. zelf ook af in dat werk, daar ging het ook niet om.
De paradox over het niet te vergeven kwaad tegenover de niet te
aanvaarden gedachte dat er een hel zou zijn waar ik iets over zei: ja,
zo is het. De katholieke kerk stelt dat de hel bestaat, maar alleen is
weggelegd voor hen die zondigen tegen de Heilige Geest, waarbij de
definitie hiervan vaag wordt gelaten, zodat de hel wel bestaat, maar er
niemand in is... (Het Calvinisme is wreder) Vergelijk ook (naast
Chestow) Baudelaire en diens prangende vraag, 'aime tu les damnées?'
De vragen waren om elf uur op, na twee uur luisteren en
debatteren was iedereen uitgeput, en met een krachtig advies aan de
zaal, allemaal flink veel Dostojewski te gaan lezen, nam de prof
welgemoed afscheid.